1934 | In het spoor van de Uiver

1. Van Lelystad naar Mildenhall


De Australische staat Victoria viert in 1934 het eeuwfeest met een luchtrace vanuit Londen. Het land wil daaraan een vaste luchtverbinding met Europa overhouden. Vierenzestig deelnemers schrijven in, slechts twintig halen de startlijn. Daaronder is de revolutionaire DC-2 Uiver van de KLM. Het streven van Albert Plesman, oprichter van de KLM, is niet zozeer gericht op het winnen van de race; hij wil bewijzen dat Nederland in staat is de langste luchtverbinding op aarde met de regelmaat van de klok te vliegen. De Uiver neemt het op tegen raceduivels in snelheidsmonsters. Alleen de KLM presteert het een 'gewone' lijndienst uit te voeren, met passagiers en post. De raceduivels overschrijden de grenzen van het menselijk uithoudingsvermogen. De KLM-passagiers arriveren fris - zij hebben geen maaltijd gemist. Geholpen door geroutineerd KLM-grondpersoneel langs de route slaagt het KLM-team erin tweede te worden in de snelheidsrace en de eerste prijs in de handicaprace in de wacht te slepen.

In april 1916 werd door de minister van Oorlog goedkeuring verleend voor de aankoop van grond in de buurt van het Fort Schiphol om daar een militair vliegveld in te richten, vliegkamp Schiphol. In augustus van dat jaar was het terrein van 16,5 hectare geschikt gemaakt om als vliegveld te dienen en waren er vier houten loodsen geplaatst. Op 19 september landden drie vliegtuigen van de Luchtvaartafdeling der Koninklijke Landmacht op Schiphol, waarmee het vliegterrein in gebruik werd genomen.

Toen de Eerste Wereldoorlog voorbij was, ging men al gauw post, vracht en zelfs passagiers vervoeren met afgedankte en enigszins verbouwde oorlogsvliegtuigen. Nederland wilde hier ook aan meedoen, en vooral door toedoen van luitenant-vlieger Albert Plesman werd in oktober 1919 de Koninklijke Luchtvaart Maatschappij voor Nederland en Koloniën N.V. (later KLM) opgericht. Op 17 mei 1920 opende de KLM haar eerste lijndienst: de luchtlijn Amsterdam – Londen. Schiphol deed dienst als landingsplaats voor Amsterdam. In 1921 werd de accommodatie voor passagiers op Schiphol verbeterd, doordat men de beschikking kreeg over een volledige loods. Er kwamen meer lijndiensten en er kwamen grotere en zwaardere vliegtuigen. Dit leidde af en toe tot problemen, doordat het terrein onvoldoende gedraineerd was, waardoor vliegtuigen vaak uit de modder moesten worden getrokken.

Als militair vliegveld verloor Schiphol aan betekenis, maar voor de burgerluchtvaart werd het vliegveld steeds belangrijker. Op 1 april 1926 werd Schiphol gekocht door de gemeente Amsterdam. De gemeente ging meteen aan de slag: de drainage van het veld en de toegangswegen werden verbeterd. Er werd een betonnen platform aangelegd van 50 bij 100 meter, en op het inmiddels tot 30 hectare gegroeide bebouwde gedeelte werden een stationsgebouw en een verkeerstoren gebouwd. Het stationsgebouw werd geopend in 1928, op tijd voor de Olympische Spelen van datzelfde jaar in Amsterdam. Het werd in mei 1940 door een bombardement verwoest. Een replica van dit gebouw staat sinds 2005 op het vliegveld van Lelystad bij het luchtvaartmuseum Aviodrome.


Schiphol anno 1934.


De Uiver staat klaar voor vertrek naar Mildenhall.

Het organisatiecomité van de Londen-Melbourne Race staat erop dat alle deelnemende vliegtuigen een week voor de start op het vliegveld Mildenhall aanwezig zijn. Er wordt gekeken of de bepalingen wel juist zijn nagekomen, de vliegtuigen veilig zijn en de bemanning ten minste is voorzien van noodrantsoenen en reddingsmiddelen. "Een lachertje voor ons," zegt piloot Jan Moll. "De regels die de KLM in acht neemt op de gewone Indië-dienst zijn aanzienlijk strenger." De Uiver krijgt dan ook dispensatie en hoeft pas vier dagen voor de start te verschijnen. De KLM maakt van de vlucht van Schiphol naar Mildenhall een extra dienstvlucht met passagiers door eerst op het Londense vliegveld Croydon te landen. Vandaar vliegt de Uiver naar Martlesham Heath. Daar is de officiële weging, waaruit de handicapformule voor de Nederlandse DC-2 kan worden berekend. Na een klein kwartier landt piloot Koene Dirk Parmentier vervolgens op het nieuwe militaire vliegveld Beck Row bij Mildenhall, dat is gekozen als vertrekplaats van de race omdat het voldoende hangars heeft om de vliegtuigen van de deelnemers voor de nacht onder te brengen.

Mijn eerste vlucht in het spoor van de Uiver begint niet op Schiphol, maar op Luchthaven Lelystad, omdat daar het gebouw staat dat tot mei 1940 op Schiphol dienstdeed als stationsgebouw. Het is weliswaar een replica, maar een vertrek vanaf dat oude platform leek mij vanuit nostalgisch oogpunt een correcte keuze.

Ik vlieg alle etappes van Lelystad naar Melbourne in een Cessna 208 B Grand Caravan die ik in de KLM kleuren heb beschilderd. Dit vliegtuig is 8 meter korter dan een DC-2 (19 om 11 meter) en heeft een iets hogere kruissnelheid (344 om 307 kilometer per uur). De piloten van de Uiver gebruikten voornamelijk radiobakens om hun koers te bepalen; ik raadpleeg de GPS van mijn Cessna om mijn weg naar de volgende halteplaats te vinden.


Het luchtvaartmuseum Aviodrome.


Het oude stationsgebouw van Schiphol. Op het platform een Fokker F27 Friendship.

Bij het maken van mijn vliegplan voor de eerste etappe naar Mildenhall heb ik geprobeerd er zoveel mogelijk bezienswaardige plekken in op te nemen. De weersvoorspelling is goed: een stralende zon in een vrijwel onbewolkte lucht met weinig wind. Ik vlieg op een hoogte van slechts 2000 voet, dus ik kan mooie screenshots maken.


Na het opstijgen gaat het westwaarts langs Almere over Amsterdam naar Schiphol. Daar buig ik naar het zuiden om via Rotterdam, de Zeeuwse eilanden, en de Belgische kust bij Calais in Noord-Frankrijk uit te komen. Daar steek ik Het Kanaal over naar Dover. Opnieuw naar het westen vliegend bereik ik Londen, waar ik de rivier de Theems volg naar het vliegveld Heathrow, vanwaar ik naar het noorden koers om het laatste stuk naar Mildenhall af te leggen.


Almere.


Amsterdam-West.


Schiphol - Polderbaan.


De haven van Rotterdam.


Duinkerken.


The white cliffs of Dover.


Londen - de Theems, Tower Bridge.


Londen - de Theems, London Eye, Buckingham Palace.

Het luchtruim boven een vliegveld is natuurlijk 'restricted airspace'. Het is dan ook niet bepaald handig van mij om Heathrow Airport uit te kiezen als het punt waar ik de neus van mijn vliegtuig naar het noorden laat draaien. Het komt mij op een reprimande van de verkeersleiding te staan als blijkt dat een ander vliegtuig (in de rode cirkel) moet uitwijken vanwege mijn domme maneuvre.


Heathrow Airport.


Ik ben veilig geland op Mildenhall. De vliegtuigen van de andere deelnemers aan de race zie ik niet. Die staan zeker al in de hangar. Voor mij is het tijd om de tank vol te gooien en het nodige onderhoudswerk te verrichten. Morgen begint de eerste etappe; deze zal eindigen in Parijs.