Passie, liefde, inspiratie, creativiteit,
bevlogenheid – al die zaken waar ze in reclames zo hoog van opgeven
kunnen me momenteel gestolen worden. Of zijn me al ontstolen. Ik schrijf
dit in de barre laatste dagen voor de zomervakantie. Werktuiglijk
verricht ik de noodzakelijke klussen en na thuiskomst beperk ik mijn
actieradius tot drie meter van het middelpunt van mijn leven, de tv.
Dit is de fase van het jaar dat ik me afscherm van intellectuele en
literaire prikkels, van mondiale problemen en de altijd actuele actualiteit.
Ik wil SPORT! Domme, brute, hersenloze sport in onverantwoord grote
porties. En wat treft het dat onze wereld zodanig is ingericht dat
in die luie behoefte moeiteloos kan worden voorzien. In juli lig ik
altijd aan een infuus van topsport, maar nooit was het zo erg als
nu, met als hoogte-/dieptepunt de week tot 15 juli, waarin de ontknopingen
van het WK voetbal en Wimbledon samenvielen en de Tour de France het
kookpunt bereikte.
Waarschijnlijk bied ik een deerniswekkende aanblik, zoals ik daar
onderuitgezakt lig, als een uitbuikende python die een biggetje heeft
verschalkt dat de komende dagen moet verteren. Af en toe veer ik op,
om beter te kunnen zien wat Hawkeye beslist, of de VAR. Incidenteel
stoot ik een rauwe vreugdekreet uit, of kreun ik van ellende als een
bal via paal en lat en de rug van de keeper in het doel verdwijnt.
Neee-heeee!!!!! Mijn vrouw schrikt op van haar boek of lichte administratieve
werkzaamheden; zij heeft nooit gesnapt waarom die ene banddikte of
onfortuinlijke netbal mijn geluk beïnvloedt. Zij is principieel voor
het grootste land, omdat een overwinning van China of Rusland meer
mensen gelukkig maakt dan een van IJsland of Kroatië.
Nou zijn sommige krachtmetingen weliswaar enerverend, maar meestal
lig ik daar lusteloos, terwijl de wandeletappe (alleen een colletje
van de vierde categorie) traag door gaapverwekkend landschap gaat
of de wedstrijd 'op slot' zit. Ik knabbel wat, sabbel wat, ik bestel
een afhaalpizza in afwachting van de slotkilometers of de penalty's.
Ik drink een biertje ... Ik verkaas, verpap, verslap. Ik krijg de spiertonus
van een marshmallow. En zoals ik zijn er miljoenen bankzitters en
sofaplakkers. En allemaal identificeren ze zich gretig met hun vetvrije,
afgetrainde idolen: Rafael Nadal, Kevin de Bruyne of Tom Dumoulin.
Maar wat heet identificeren? Over de voorbereiding van Dumoulin las
ik een huiveringwekkend artikel. Hoe Giro en Tour te combineren, met
een interval van slechts vijf weken? Dat gaat middels een performanceplan,
opgesteld door het begeleidingsteam van Sunweb: materiaaldeskundige,
voedingsdeskundige, trainers en bewegingswetenschappers. Samen tweaken
ze 'hun' Tom als ware hij een nieuw model Toyota. Iedere pedaaltrap
wordt geanalyseerd. Kan het niet nóg efficiënter of slimmer?
In plaats van de gebruikelijke hoogtestage van drie weken sliep hij
twaalf dagen in een 'hoogtetent' thuis. En dan de voeding. Een man
verbruikt gemiddeld 2500 kilocalorieën per dag. Tijdens de koninginnenrit
van de Giro verbrandde Dumoulin er 8700! Genoeg eten is een must voor
de renners. 'Wat eruit gaat, moet erin' is het principe. Onverbiddelijk.
Direct na iedere rit wordt het energieverbruik gemeten en de data
worden opgestuurd naar een kantoor in Deventer. Daar zitten de experts.
Drie kwartier na de finish zijn de gegevens verwerkt en kan in Frankrijk
de kok aan de slag. Een boterham met Nutella in plaats van de geprogrammeerde
bosbessenjam? Uitgesloten! Na Parijs pas, Tom, het kan je (zo is uitgerekend)
anderhalve seconde kosten bij de tijdrit. Wat een slavenleven ...
Ondertussen moet ik dringend beginnen te luisteren naar mijn eigen
eenpersoons begeleidingsteam. In augustus zal ik leven volgens een
streng regime. 'Wat erin ging, moet eruit.' En de tv blijft uit. Weg
met de hersenverweking. Tijd voor een topsportstop.
© Marius Jaspers - p 2018 Straatjournaal
https://arnodb.nl/marijas/ |