Ik had een rare droom. Een nare droom. Ik
was getrouwd met de minister van Infrastructuur en Milieu (het wordt straks
nog naarder!), die op haar poetsochtend driftig in de weer was met een oranje-blauwe
stofdoek. Ze had de schoorsteenmantel afgenomen (waarop een schaalmodel
van de Fyra prijkte) en keek voldaan om zich heen. Vervolgens haalde ze
de kattenbak uit de bijkeuken en strooide de inhoud uit over het tapijt.
"Mel, wat doe je?" vroeg ik beduusd.
"Ik blijf toch binnen de normen, wind je niet zo op."
"Ja maar, Melanie ..."
"Zo moeilijk is het anders niet. Nogmaals, ik opereer binnen de normen.
Het fijnstofpercentage in huis is zojuist gedaald, derhalve ben ik gerechtigd
dat te compenseren met ammoniak en stikstof."
"Met die kattendrollen? Maar waarom zóu je?"
Het geschil liep hoog op. Mevrouw Jaspers-Schultz van Haegen liet zich niet
vermurwen. Er volgde een flitsscheiding: ik ontwaakte en had Freud noch
Jung nodig om mijn droom te duiden. Die had alles te maken met de Magische
Grens.
Tot voor kort had ik, autoloos burger, geen benul van die Magische Grens
van 50%. Het was de voorpagina van de Telegraaf die me inwijdde.
Het gaat om de verhouding tussen het aantal kilometers snelweg met een maximumsnelheid
van 130 km/uur en alle stroken met 120 km. Die verhouding was 49:51 en wordt
61:39, want met ingang van februari verhoogt Schultz van Haegen op ettelijke
trajecten de snelheidslimiet van 120 naar 130 (de maximummaximumsnelheid).
Vooral het oosten, midden en zuiden van het land 'profiteren', jubelde de
Telegraaf. Denk aan de A28 naar Groningen. 'Op een groot deel van de
A59 tussen Utrecht en Breda is het ook feest, net als op de A2 in Brabant
en Limburg.' Het stond er echt: FEEST. Waar het verkeer voorheen als een
langgerekte rouwstoet over het asfalt zuchtte en snikte, is het straks feest!
Fuivende forenzen steken euforisch hun duim op naar tegenliggers, auto's
worden versierd met slingers en VVD-vlaggetjes. Leve Magic Melanie!
Wat ik me afvraag, zouden automobilisten het merken als er sjoemelsoftware
onder hun motorkap zat die de snelheid 8% te hoog aangaf? 120 of 130, het
scheelt op tien kilometer welgeteld 23 seconden.
Tegenover die verwaarloosbare tijdwinst staat de natuurschade. Dat ritselt
de minister net als met die kattenbak: de landbouw is de laatste jaren schoner
geworden, DUS mag het verkeer de natuur extra vervuilen.
Ik had laatst een mooie droom. Ik reed met Melanie Schultz op de A9 naar
Alkmaar. We waren jong en verliefd. Ik zat ontspannen achter het stuur (in
mijn droom had ik een rijbewijs). Mel babbelde honderduit over spitsstroken,
tracébesluiten, verkeersintensiteit en ontsluitingswegen – zo'n meisje was
het. Ik liet me masseren door haar kabbelende woordenstroom en genoot van
ons samenzijn. Tot ze de snelheid controleerde. 120?!? Ze begon op me te
vitten en becijferde dat we er 3×23 seconden eerder zouden zijn als ik ...
"Misschien moet je aanpappen met Max Verstappen, als je een snelheidsduivel
zoekt," bitste ik toen ze bleef zaniken. "Ik ben klaar met deze weg. En
met jou."
De eerste de beste afslag bracht ons bij Castricum. Melanie zat naast mij
te pruilen en rekende uit hoeveel kostbare seconden we zouden verliezen
met deze toeristische route. Toen ik in een grasveldje drie ezels zag staan,
trapte ik op de rem. "Ik ga ze een appeltje voeren, ga je mee?" De stemming
klaarde op; ezeltjes doen wonderen voor je relatie. Wulps vlijde ze zich
neer tussen de madeliefjes in de berm. "Kom daar langs de A9 eens om," plaagde
ik, haar omhelzend." Als ik later minister ben, schaf ik alle snelwegen
af," fluisterde ze zwoel.
© Marius Jaspers - p 2015 Straatjournaal
https://arnodb.nl/marijas/ |