Het Haarlems Dagblad nodigde lezers
uit een column te schrijven in de stijl van chroniqueur Frans van
Deijl, ook bekend als 'Frans op vrijdag'. Hier een vingeroefening.
Diepzwarte wolkenfronten kriskrasten zonder enig systeem boven het
Ramplaankwartier. Het zou beslist een of andere Code zijn vandaag.
"Je bent gek als je met dit noodweer naar buiten gaat, Frans!" jeremieerde
Mevrouw op vrijdag. Maar je bent stadschroniqueur of niet en ik moest
nog een HD-column boetseren vóór vijf uur. Vastberaden opende ik de
voordeur en nam mijn karakteristieke pose aan: handen losjes achter
de rug gevouwen, de blik minzaam spiedend naar ...
Flatsj! Een natte krant kletste met windkracht 8 vanaf het trottoir
in mijn gezicht. Niet just another day at the office vandaag, dat
had deze jongen gauw in de smiezen. Op de Vlaamseweg paste ik mijn
doorgaans zo soepele tred aan. Het flaneert niet ontspannen als zwermen
twijgen en takjes je belagen alsof ze zich hebben voorgenomen dat
jij de Haarlemmerhout nooit mag bereiken. Maar zo makkelijk laat Frans
zich niet uit het veld slaan.
Ik kromde de rug, stapte over zeven door de zomerstorm serieel gevelde
populieren heen – of waren het iepen? – en vervolgde mijn weg, geholpen
door een orkaanvlaag die mij contre coeur over Randweg en Lorentzkade
zwiepte. Volgens schema was dit het moment om te keuvelen met een
argeloze Haarlemmer en hem iets citeerbaars te ontfutselen. Waar was
iedereen? Tussen twee van die pittoreske langsrazende tornado-slurfjes
door zag ik iets geel-wits gespiesd zitten op een smeedijzeren hek.
Het bleek een weggewaaid F-je van ah ... Geel-Wit. Gedienstig bevrijdde
ik het huilende hummeltje, ook al ben ik zelf meer van de Koninklijke
HFC. Helaas rende hij (een neerdonderende plataan ternauwernood ontwijkend)
naar huis zonder een woord. Jammer voor mijn stukje.
De storm zwol aan. Links en rechts lagen verbrijzelde dakpannen. Tientallen
lantaarnpalen en stoplichten waren er moegestreden bij gaan liggen.
Een haring met uitjes eten zou lang niet meevallen onder deze omstandigheden
en op welk terras zou ik vandaag de observatiekunst kunnen beoefenen?
Nou ja, eerst maar eens naar de Hout. Maar het zat om den drommel
niet mee, de weinige Haarlemmers die ik zag lagen onder hun geliefde
monumentale beuken, verpletterd en zonder tekst. Dat zou nog verrekte
moeilijk worden met die column.
Er knapte pas echt iets in me toen ik bij het Hildebrand-monument
kwam. Wat was er aan de hand met mijn vertrouwde beeldengroep? Gedesoriënteerd
keek ik rond. Toen drong het tot me door. Stastok stond scheef! En
door de straffe wind waren Teun de Jager en Suzette Noiret van plaats
gewisseld! Dit was overmacht. Hier was voor mij als Haarlemmer een
grens bereikt. Aangeslagen belde ik de redactie. "Sorry, Bill, het
is voor een keer niet anders. Morgen neemt Frans een vrije dag ..."
© Marius Jaspers - p 2019 Raarlems Dagklad
https://arnodb.nl/marijas/ |