Gelukkig Nieuwjaar!!! Gelukkig Nieuwjaar ...
Glukkig nieujaa (smak), Glakker Njaa (hug), Gwakkeninja (met mond
vol oliebollen) en ammaal de beste mensen voor theeduizetwinnig!
Aan gelukwensen geen gebrek dezer dagen, geluk heeft een goede naam
opgebouwd, met één uitzondering: de laatste jaren werd 'gelukszoeker'
gekoppeld aan economische vluchtelingen. Geluk zoeken, dat doe je
maar thuis, was de implicatie.
En zoeken doen we! In december zag ik bij DWDD het item over de documentaire
Mijn seks is stuk. De maakster, Lize Korpershoek, bespeurde afnemende
libido naarmate haar liefhebbende partner haar vertrouwder werd. Herkenbaar,
toch? Maar ze keek bij haar uitleg alsof ze een nieuw elementair deeltje
had ontdekt. Terwijl Lize ons deelgenoot maakte van haar queeste naar
een spannender bedleven, varieerde ik op die titel – seks als een
artikel, met garantie, een gebruiksaanwijzing en reserveonderdelen.
Mijn router is stuk, Mijn rits is stuk, enz. En zo kwam ik ook
bij Mijn geluk is stuk.
Ik was zelf nogal met geluk bezig geweest en had er net een mislukte
column over geschreven, te slecht voor deze plek. Dat kwam zo. Het
toeval wilde dat ik in oktober rijkelijk werd bedeeld met geluk. Mijn
pensioen was ingegaan en we hadden vakantie gevierd op barre Schotse
eilanden, waar ik me in mijn element voelde. Ruig, regenachtig, dunbevolkt.
Van geld zeggen socialisten en vakbondslieden tegenwoordig dat het
tegen de plinten op klotst, maar ik had dat toen met geluk.
Er was één specifieke namiddag in een cottage met uitzicht over een
baai dat ik ... (vul verder maar iets in, met een zeehond, whisky, iemand
van wie je houdt, een gloedvolle zonsondergang, dan komt het wel goed).
Alleen, toen ik mijn moment van extase wilde beschrijven, kreeg ik
jullie, lezers, niet uit mijn hoofd. Of preciezer, mijn ongelukkige
lezers. Ik zag ze zitten, zij aan zij, rij na rij: sceptisch, berouwvol,
eenzaam, misnoegd, ongezond, miskend, gedesillusioneerd. Tobbend over
wereldvrede, smeltende ijskappen en ontlezing. Tandenknarsend over
stikstofmaatregelen, teruggevorderde belastingtoeslagen en cultuurmarxisme.
Ik kwam er niet uit, die column sloeg dood, als een vergeten kantinebiertje.
Wie was ik om anderen lastig te vallen met mijn naïeve, aangewaaide,
ongezochte geluk?
Dat ik er nu op terugkom heeft te maken met een boek dat ik cadeau
kreeg van mijn 92-jarige moeder. De laatste jaren gaan haar gedachten
steeds vaker terug naar haar jeugd, Ze was 17 toen Breda werd bevrijd
door de Polen en in die dolzinnige dagen leerde ze een Poolse soldaat
kennen. Het is een lang verhaal (hij werd uiteindelijk niet mijn vader),
een moeilijk te vertellen verhaal ook. Dat boek van Miriam Guensberg
kon daarbij helpen, want de overeenkomsten zijn groot. Held zonder
vaderland, heet het, Mijn vader: Pools, Joods en bevrijder.
Guensberg (ook romanschrijfster) schetst teder het portret van haar
Poolse vader, Dolek, die de hele, helse campagne van de Pantserdivisie
als krijgsarts meemaakte – om er na de capitulatie achter te komen
dat het IJzeren Gordijn de terugkeer naar zijn vaderland versperde
en dat de joodse gemeenschap in zijn geboortedorp Nowy Targ volledig
was uitgeroeid. Tegelijk was hij verliefd geworden op Milleke, bij
wie hij in Brabant was ingekwartierd. Ze trouwden, stichtten een gezin
en hij bouwde een bestaan op als anesthesist.
Het is een knap, meeslepend boek over een begaafd, beminnelijk mens,
die gruwelijke herinneringen met zich meedraagt. Als zijn dochter
zinspeelt op een boek over hem, zegt hij: "Als je boek echt over mij
zou gaan, moet je schrijven dat geluk niet bestaat, maar dat ik wel
vaak heel gelukkig ben geweest. Met die moeder. En met jullie."
De wijsheid van die uitspraak trof mij. Geluk bestaat niet, maar gelukkig
zijn kan. Af en toe, ondanks alles. Gelukkig nieuwjaar!
© Marius Jaspers - p 2020 Straatjournaal
https://arnodb.nl/marijas/ |