Bij een boekwinkel in een dorp hier verderop
liet een man iemand voorgaan bij de kassa. Hij wilde staatsloten
kopen en blijkbaar niet gewoon de vijf of tien die het makkelijkst
voor het grijpen lagen.
Nog voor hij de verkoper deelgenoot zou maken van ingewikkelde kansberekeningen
of zijn voorliefde voor bepaalde reeksen of geluksgetallen kwam
er een blondine aanlopen. Een tot blondine gemaakte, gokte ik. Ook
zij mocht voor. "Of moet u toevallig ook staatsloten?" vroeg de
man achter de kassa, nog net niet cynisch.
"Nee, ik ben al gelukkig in de liefde," zei ze, luider en duidelijker
dan nodig. "Ik hoef geen loten." De respons op deze geestigheid
bleef kennelijk achter bij haar eigen verwachting, dus hielp ze
ons nog een beetje op weg. "Dat zeggen ze toch: 'ongelukkig in het
spel, gelukkig in de liefde'?"
Het werd niet bijster gretig beaamd. De gelukzoeker stond daar te
staan, in zijn iets te gele jack. Een gebrilde man van zestig met
een hoofd dat te klein leek voor alles wat gewoonlijk aan een hoofd
zit. De vrouw, nog steeds even joviaal, liet het er niet bij zitten.
"Ik heb de ware gevonden. Nou ja, ik weet niet hoe het met u zit
natuurlijk ..."
Ik weet niet of ze op een serieus antwoord gerekend had. "Ik ben
single," zei de man en liet een pauze vallen. Lang genoeg om mij
te laten hopen op een vervolg als 'maar ik ga gelukkig veel naar
de hoeren' of 'maar ik benijd die kerel van u niet'. Voelde ik het
aankomen?
"Mijn vrouw is dit jaar overleden."
Soms is een situatie niet meer te redden en dit was er zo een. Ik
stond al bij mijn fiets toen de blondine ook naar buiten kwam. "Ja",
zei ze verontschuldigend, nog steeds in verwarring, "hoe groot is
nou die kans?"
© Marius Jaspers - p 2022 Dagklad
https://arnodb.nl/marijas/ |