No lo sé


1 & 2 3 & 4 5 & 6 7 & 8

•••••

In maart 2017 hielden Marga en ik drie weken vakantie op La Palma. Na eerdere bezoeken in 1997 en 2010 waren wij voor de derde keer op dit mooie Canarische eiland. Tijdens ons verblijf hield ik het thuisfront via e-mails op de hoogte van onze belevenissen. Hieronder de berichten met de nummers siete y ocho.


S • i • e • t • e

Wij gaan al vele jaren een of twee keer per jaar naar de Canarische eilanden. La Palma, Tenerife, La Gomera, Lanzarote, Fuerteventura, en natuurlijk Gran Canaria, al deze eilanden hebben wij meerdere keren bezocht. Wij kunnen er geen genoeg van krijgen. Maar ook Mallorca is ons niet onbekend, en op het Iberische schiereiland zelf hebben wij de streken rond bekende steden als Madrid, Barcelona, Sevilla, Granada, Cordoba, Málaga en Valencia verkend. Uiteraard werden de steden zelf daarbij niet overgeslagen.

Het is dus niet verwonderlijk dat ik me zo langzamerhand redelijk in het Spaans kan uitdrukken tijdens gesprekken met de inheemse bevolking. Ik heb het dan niet over obers en winkelpersoneel in de toeristische streken, want die spreken over het algemeen Engels of Duits met toeristen zoals wij. Ik vraag mijn gesprekspartners altijd wel om niet te snel te spreken want anders begrijp ik niets van wat ze zeggen. Spanjaarden plakken namelijk woorden aan elkaar vast en spreken razendsnel.

Ik schreef hierboven dat ik het Spaans redelijk beheers, maar dat is natuurlijk niet waar. Als ik eerlijk ben, kan ik er niets van. Ik vind dat jammer, en daarom heb ik besloten om over niet al te lange tijd een cursus Spaans te gaan volgen in Salamanca. Het gaat mij daarbij natuurlijk vooral om de spreekvaardigheid. Als ik Engels spreek, denk ik daarbij niet na. Ik spreek Engels zoals ik Nederlands spreek. De woorden komen vanzelf, ik hoef ze niet eerst te vertalen. Bij mijn Spaans is dat totaal anders. Ik weet nu hoe mijn leerlingen uit de eerste klas zich voelden toen ze van mij Engels moesten leren.

Ook deze vakantie op La Palma waren er weer van die momenten dat ik me geen raad wist en maar een beetje stond te mompelen. Maar voordat ik jullie over die momenten vertel, eerst iets over een leuk Spaans woord dat op de Canarische eilanden wordt gebruikt en niet in Spanje zelf: guagua.

Wie de Spaanse taal beheerst, zal tot zijn verbazing merken dat er op de Canarische eilanden woorden worden gebruikt die nergens anders in Spanje voorkomen. Zo is er het geheimzinnig klinkende guagua, een synoniem voor autobus. De herkomst van dat woord is curieus. Rond 1900 introduceerde een Amerikaan op Cuba een bus, die hij wagon noemde. De uitspraak van dat woord bleek de Cubanen grote moeite te kosten, waardoor het in de volksmond gaandeweg werd verbasterd tot guagua. Dat woord begon in hoog tempo aan een ware triomftocht door heel Latijns-Amerika en kwam vervolgens in de verbale bagage van terugkerende emigranten ook de Canarische eilanden binnen.

Op de foto een halte van de guagua. Op de achtergrond onze huurauto, een zwarte Renault Clio.


Weten jullie trouwens hoe een West-Europeaan hier op La Palma wordt genoemd? Hij wordt gezien als una cabeza cuadrada, - een vierkant hoofd -. Dat duidt niet op de vorm van zijn hoofd, maar op de bij hem overheersende denk- en handelwijze. Bij veel West-Europeanen, zo vinden de eilandbewoners, is alles 'hoekig', dat wil zeggen overgeorganiseerd. Voor spontane, door het gevoel ingegeven beslissingen lijkt onvoldoende ruimte.

Vale (Spaans voor 'OK'), nu mijn eerste gutsende-oksels-moment. Wij zijn boodschappen aan het doen in de HiperDino van El Paso, het dichtsbijzijnde stadje. Een HiperDino is een giga supermarkt, waar ze naast levensmiddelen en dranken de duvel en zijn ouwe moer verkopen, van wasknijpers tot speelgoed en van kattenvoer tot potloden. Wij zijn bijna klaar als Marga zegt dat ze lucifers moet hebben. Maar waar in zo'n jumbozaak vind je lucifers? Dus ik loop naar een vakkenvullende mevrouw toe en zeg in mijn beste Spaans: Señora, por favor. Lo siento, pero no sé la palabra española. ¿Tiene ...?, waarbij ik op de puntjes het gebaar maak van een langs een doosje strijkende lucifer. Zij kijkt mij aan, en ... zij begrijpt mij onmiddellijk! ¡Ah, estrellas!, zegt zij, waarop ik met een brede lach ¡Sí, por supuesto! zeg, terwijl ik mijzelf van binnen vervloek dat ik dat stomme woord niet meer wist. Maar goed, een minuut later lagen er wel lucifers in de boodschappenkar.


Het tweede moment deed zich voor toen wij gingen lunchen in een restaurant in Puerto Naos. Vrienden van ons die zeer regelmatig op Las Palmas verblijven en vaak in dat restaurant eten, hadden ons voorafgaande aan onze reis het volgende gevraagd: "In Puerto Naos aan de noordkant van het strand ligt aan de boulevard een restaurant waar je lekker kunt eten. Daar werkt een goede bekende van ons. Ze heet Josefina. Zij is op precies dezelfde dag geboren als onze dochter Muriël. Als je er gaat eten probeer haar dan te zeggen dat jullie vrienden van ons zijn en dat wij vanaf 10 april haar weer gaan opzoeken. En verder kun je haar ook zeggen dat de schoonouders van onze zoon Guido op 17 maart a.s. op het eiland arriveren en misschien ook wel eens in dat restaurant komen eten." Nou, ga daar maar eens aan beginnen. Ik weet nog dat de woorden amigo, mismo cumpleaños, el diez de abril, en suegros over mijn lippen kwamen, maar ik had niet de indruk dat Josefina doorhad wat ik zei, totdat ze na vijf minuten gestamel mijnerzijds met een stralende lach zei: Oh, you mean my friends Ben and Ilse. Why didn't you say so in the first place? Tja ... daar zit je dan op je restaurantstoeltje in de zon.

Het derde moment ging als volgt. Diezelfde vrienden van ons - Ben en Ilse dus - hadden ons gemaild dat we beslist een bepaalde koffie moesten drinken op het terras van een tentje bij de kerk in de hoek in Los Llanos: "Het heet kafe makiato of zoiets, maar je moet wel met alles d'r op en d'r aan vragen." Een lekkere koffie sla ik nooit af, dus wij naar het terras van het tentje bij de kerk in de hoek in Los Llanos. Het tentje bleek La Pergola te heten en de camarero, die trouwens alleen maar Spaans sprak, had nog nooit van een kafe makiato gehoord. Vale (nog steeds Spaans voor 'OK'; dit is trouwens een handig woord - als een inboorling tegen je aan het praten is en je snapt er geen bal van, zeg je gewoon af en toe vale en het gesprek loopt gesmeerd), wat nu? Hoe zeg je 'met alles d'r op en d'r aan' in het Spaans? Nadat ik een paar minuten tevergeefs in de krochten van mijn geheugen had rondgedwaald op zoek naar 'd'r op en d'r aan' en de camarero steeds ongeduldiger werd, had Marga het lumineuze idee haar smartphone tevoorschijn te halen en daar de email van onze vrienden te zoeken, want bij die email hadden ze een foto van de betreffende koffie gevoegd! Marga liet de foto zien aan de camarero, die prompt opgelucht uitriep: ¡Ah, ya veo, un barraquito! Niet veel later hadden wij twee barraquitos voor ons staan, die bijzonder lekker bleken te zijn.


In Wikipedia las ik: "Een barraquito is een Spaanse koffiebereiding die vooral populair is op de Canarische eilanden. De barraquito wordt in een glas geserveerd. De basis is een laagje gecondenseerde melk, met daarop een shot Licor 43. Dan wordt er melkschuim op gedaan. Op het melkschuim wordt beheerst warme melk en een shot espresso gegoten. Zo blijven de laagjes intact. Een barraquito wordt afgewerkt met kaneelpoeder en zeste van limoen."

Het bovenstaande teruglezend moet ik helaas constateren dat ik het beste maar zo snel mogelijk aan die cursus Spaans in Salamanca moet beginnen.

Wij hebben voor de gehele duur van ons verblijf een auto gehuurd. Vrijwel elke dag maken wij een rit over het eiland om iets te bekijken, een kerk, een dorp, een museum, of zoals in een eerder bericht beschreven een krater en een observatorium. Als de middag nog niet al te ver gevorderd is, stoppen wij op de terugweg naar ons appartement bij een restaurant en lunchen / dineren daar uitgebreid. Meestal nemen we een aantal tapas gerechten, of - als ze tapas niet expliciet op de kaart hebben staan - vier voorgerechten. Dat alles spoelen we natuurlijk weg met vino rosado en aqua sin gas. De lunch wordt besloten met een café cortado en een café solo.


Vaak is zo'n gerecht een aangename verrassing, soms een onaangename. Zo bestelden wij gisteren een gerecht dat tocino - bacon - als voornaamste bestanddeel had. Het bleken keiharde stukjes bacon te zijn omgeven door korrelig spul dat nog het meeste leek op het stof dat je in de zak van je stofzuiger vindt. Marga eet graag vis, ik niet. Zij kan 'blind' een visgerecht bestellen en het met smaak opeten. Ik lust wel vis, maar op mijn bord moet het er niet al te 'visserig' uitzien. Ik vind garnalen, inktvis, haring, tong, en schol lekker, maar dat is het dan wel zo'n beetje.

Aan het einde van de middag buiken we uit en relaxen met een boek op het terras en genieten van de zon totdat deze ondergaat. Dat is in deze tijd van het jaar omstreeks half acht.


Ik kan jullie een vakantie op La Palma aanbevelen!


O • c • h • o

Tijarafe is een boerendorp in het noordwesten van het eiland. In het hoger gelegen deel van het dorp ligt een mooi plein met aan één kant een witgekalkte kerk.


Een eeuwenoude drakenboom domineert de andere kant van het plein.


Het schilderachtige Mazo ligt zo'n 12 km ten zuiden van de hoofdstad Santa Cruz tegen een helling. Eromheen strekken zich wijngaarden uit tot aan de kust.


Mazo is een mooi dorp met steile straatjes en herenhuizen. Vanaf de Carretera General - de doorgaande weg - kom je via een zijstraat op de Plaza, waar het gemeentehuis en de bibliotheek staan. Nog wat lager staat de kerk San Blas.


Los Tiles, het grootste laurierbos van het eiland, is in 1998 door de UNESCO tot biosfeerreservaat uitgeroepen. Bij het informatiecentrum begint een wandeling door het bos. Aan weerskanten van het pad woekert een oerwoudachtige begroeiing. Er kunnen zich hier planten handhaven, die op andere plekken al lang zijn uitgestorven. De wandeling voert naar een op 720 m hoog gelegen uitzichtpunt, vanwaar je een prachtig uitzicht hebt over de beboste kloven.



Zwerfkatten zijn wij op alle door ons bezochte Canarische eilanden tegengekomen. Er zijn toeristen die ze een plaag vinden, veel andere vinden die katten wel leuk en geven ze te eten en te drinken. De katten van La Villa, het appartementencomplex waar wij verbleven op La Palma, zagen er gezond en weldoorvoed uit. Het bleek dat de eigenaresse van La Villa de katten elke ochtend te eten gaf. Dit weerhield ze er echter niet van om bij elk appartement te komen bedelen. Als je ze één keer wat gegeven had, raakte je ze bijna niet meer kwijt. 's Ochtends vroeg zaten ze al op het terras wachtend op het moment dat wij waren opgestaan en de deur openden.


La Palma heeft maar één vliegveld, Aeropuerto de Santa Cruz de La Palma. Het bevindt zich 8 km ten zuiden van de hoofdstad Santa Cruz de la Palma. De voornaamste gebruikers van de luchthaven zijn Binter Canarias en Islas Airways die het eiland met Tenerife en Gran Canaria verbinden. Daarnaast wordt de luchthaven gebruikt voor vakantievluchten vanuit Europa. De landing op het vliegveld wordt als moeilijk beschouwd vanwege de soms verraderlijke wind. Nog niet zo lang geleden durfde een Transavia piloot de landing niet aan en week uit naar Tenerife, vanwaar zijn passagiers met de boot naar La Palma werden gebracht. Het toestel vloog leeg terug, honderden vakantiegangers op La Palma achterlatend.

Vanaf de Cumbre Vieja, de bergrug die het eiland in tweeën deelt, kun je het vliegveld ver beneden je zien liggen. Het is vreemd om de vliegtuigen onder je te zien vliegen in plaats van hoog boven je in de lucht.


Hiermee is een einde gekomen aan ons verblijf op La Palma en aan deze reeks reisverslagen. Vlucht HV 5641 van Santa Cruz de la Palma (SPC) naar Amsterdam (AMS) wacht op ons.

•••••

1 & 2 3 & 4 5 & 6 7 & 8