•••••
Matakohe, 7 november 2014
Gedurende vijf weken zijn Marga en ik antipoden. Antipode: (aardr.)
tegenvoeter, bewoner van een plaats met even grote, doch tegengestelde breedte,
en 180° verschil in lengte (Van Dale Groot Woordenboek der Nederlandse Taal).
Op onderstaande kaart heb ik in wit de route aangegeven die wij tot nu toe
in Nieuw-Zeeland gereden hebben. |
 |
Op dit moment zitten wij in een Bed & Breakfast
in the middle of nowhere in de buurt van Matakohe. Het huis staat op een
heuvel. Overal om ons heen zien wij het prachtige, maar voor ons vreemde
Nieuw-Zeelandse landschap. Waarom vreemd? Vooral omdat er hier heel andere
bomen staan dan in Europa, maar ook omdat groen hier anders groen is. Het
is lichter, vrolijker. Met zijn deels beboste heuvels lijkt het gebied waar
wij doorheen gereden zijn een beetje op de Cotswolds in het midden van Engeland,
met dit verschil dat de heuvels hier eindigen bij de zee. Die kustgebieden
zijn vaak adembenemend mooi. Onderstaande foto's heb ik gemaakt op Arai
Te Uru, de zuidelijke landtong van de Hokianga Harbour. Vanaf hier heb je
een prachtig uitzicht op de Tasman Zee en de gigantische duinen op Niua,
de noordelijke landtong. Volgens een legende van de Maori's, de oorspronkelijke
bewoners van Nieuw-Zeeland, waren deze landtongen twee zeemonsters die de
ingang van de haven moesten bewaken. |
 |
 |
 |
 |
Voordat wij aan onze rondrit konden beginnen
moesten wij eerst onze auto ophalen bij het verhuurbedrijf in Auckland.
Dat bedrijf deed zijn naam eer aan: Thrifty (= zuinig). De foto hieronder
toont de auto waarmee wij op dit moment door Nieuw-Zeeland rijden. Just
kidding, of course! |
 |
 |
Ze rijden hier links en daar zijn we door
onze talloze bezoeken aan Engeland wel aan gewend geraakt, maar daar reden
we altijd in onze eigen auto. Nu zitten we in een vehikel waarvan het stuur
rechts zit en alle knoppen andersom. Dat geeft regelmatig aanleiding tot
vermakelijke situaties. Als we rechtsaf willen aangeven gaat de ruitenwisser
ineens heen en weer en als we linksaf willen signaleren maken medeweggebruikers
ons erop attent dat ons groot licht brandt.
Een Nieuw-Zeelander leeft zijn leven in uitroeptekens. Hij draagt altijd
een korte broek, ook al vriest het dat het kraakt. Hij drinkt zijn bier
uit de fles en trekt de dop eraf met zijn tanden. Hij is een thrill-seeker:
vanaf een brug kun je bungyjumpen, een zandduin is perfect om vanaf te sleeën,
en vanaf een toren - zo hoog mogelijk natuurlijk - moet je naar beneden
springen. In Auckland zagen wij deze 'echte mannen' (en vrouwen!) in actie.
Wij zaten in het President's Hotel (ja, ja, voor minder gaan wij niet) in
een kamer die uitkeek op de Sky Tower, 328 meter hoog en daarmee het hoogste
gebouw op het zuidelijk halfrond. Het maakt de skyline van Auckland zeer
herkenbaar. Je kunt van het uitzicht over de stad en de baai genieten vanuit
een veilig met glas omsloten platform, maar Nieuw-Zeelanders willen natuurlijk
meer. Ze lopen op een glazen rand buiten het platform en regelmatig hangen
ze achterover over de afgrond als zeilers boven het water. Het enige dat
hen vrijwaart van een val in de diepte is een dun touw. Anderen laten zich
echt vallen. Verankerd aan twee touwen duiken ze voorover als in een zwembad
om minder dan een halve minuut later veilig beneden aan te komen. Toen wij
op het platform stonden zagen wij die springers langs de ramen vallen. Ik
heb hoogtevrees en durf niet eens op de glazen panelen in de vloer van het
platform te lopen, laat staan dat ik van zo'n toren spring. Ik ben duidelijk
geen Nieuw-Zeelander! |
 |
 |
 |
 |
 |
 |
Kennen jullie de architect en kunstenaar
Friedensreich Hundertwasser (1928-2000)? Hij stond vooral bekend om de door
hem ontworpen, kleurrijke gebouwen en was voorvechter van een mens- en milieuvriendelijke
bouwwijze. In Wenen zagen wij zijn beroemde Hundertwasserhaus. Een groot
deel van zijn leven woonde hij in Nieuw-Zeeland in het plaatsje Kawakawa,
waarvoor hij ook een gebouwtje ontwierp ... de openbare toiletten. Het was
zijn laatste creatie. Nu niet lachen en denken "hij gaat helemaal naar het
andere einde van de wereld om toiletten te bekijken", want ze zijn écht
mooi en dat vind ik niet alleen, maar met mij vele anderen van over de hele
wereld die Kawakawa aandoen tijdens hun reis door Nieuw-Zeeland. Jullie
geloven me niet? Kijk dan maar eens naar de volgende foto's en oordeel nog
een keer. |
 |
 |
 |
 |
James Cook kwam in 1769 als eerste Europeaan
aan land op het Noordereiland. Niet veel later kwamen de eerste Europese
pioneers, walvis- en zeehondenjagers, die zich vestigden rond de Bay of
Islands. Ze werden gevolgd door kooplieden en zendelingen. Er ontstond een
levendige handel tussen de Maori's en de kolonisten. De laatsten betaalden
met wapens. Dit had fatale gevolgen voor de inheemse stammen, die elkaar
gingen bevechten met hun nieuwe wapentuig. Bijna de helft van de Maori's
kwam om het leven tijdens deze 'musketoorlogen'. Om orde in de chaos te
brengen kwam de Britse gezant William Hobson in 1840 een verdrag overeen
met 43 stamhoofden waarin de Maori's de macht van de Britse koningin over
Nieuw-Zeeland erkenden, en de Britten het eigendomsrecht van de Maori's
op hun land, bossen en visgronden garandeerden. Dit verdrag is sindsdien
vele malen ter discussie gesteld, maar wordt nog steeds gezien als symbool
voor the birth of the nation. Waitangi, waar het verdrag werd getekend,
is daarom een historisch belangrijke plek voor alle Nieuw-Zeelanders. Het
huis van de gouverneur, waarin de ondertekening plaatsvond, wordt nu omgeven
door een mooi park met daarin een Maorisch gemeenschapshuis, een enorm hoge
vlaggenmast, en de langste krijgskano ter wereld. Deze kano, genaamd Ngatokimatawhaorua,
is 36 meter lang en er kunnen 150 krijgers en 80 roeiers in. Het park biedt
mooie uitzichten op de Bay of Islands. |
 |
 |
 |
De krijgskano Ngatokimatawhaorua is gemaakt
van het hout van de Kauri boom, de oudste, hoogste en beroemdste boom van
Nieuw-Zeeland. De kolonisten kapten veel Kauri bomen omdat ze de grond wilden
gebruiken voor landbouw. Tegenwoordig is de Kauri een beschermde boom, die
alleen nog maar te zien is in het Waipoua Forest. De hoogste Kauri die er
staat is Tane Mahuta - Maorisch voor Heer van het Woud -, die een stamomvang
heeft van 13,8 meter en een hoogte van 51,5 meter (linksboven). De oudste
Kauri is naar schatting 2.000 jaar oud. Dit is Te Matua Ngahere - Vader
van het Woud -, die een 16,5 meter dikke stam heeft en 30 meter hoog is
(rechtsboven). Wij zagen ook The Four Sisters, die vlak bij elkaar staan
en uit hetzelfde wortelstelsel lijken te groeien (onder). |
•••••
|